Op 10 april was ik dit jaar voor het eerst weer in "De Groene Jonker", het mooie plasdrasgebied van Natuurmonumenten bij Zevenhoven. Ik was uit op het waarnemen van de vroege rietvogels. Ik zag enkele boerenzwaluwen die de zomer aankondigden en zelfs vloog er toen ik net aankwam een purperreiger over. In het riet hoorde in vooral blauwborsten. Ik had ze vrijwel gemist in de Algarve waar er veel overwinteren. Kennelijk waren vele al naar het noorden vertrokken. De mannetjes waren niet erg actief met hun baltsvluchten. Maar in deze tijd zie je met wat geduld er al snel eentje toch hoog in het riet zitten. De blauwe borst met witte ster trots tonend.
Klik op foto voor vergrotingMinstens zo karakteristiek voor de blauwborst is de roestrode staartbasis, die je alleen ziet als hij deze spreidt (onder).
Klik op foto voor vergrotingDrie dagen later bezocht ik de Zouwboezem. Veel wind, opnieuw blauwborsten, maar vrijwel alleen op het gehoor waar te nemen. Hetzelfde gold voor de weer aanwezige rietzangers. Minstens twee vrouwtjes buine kiekendief en een man bruine kiek vlogen rondjes. In de boompjes en struiken veel tjitjaffen. Hieronder twee fotos van tjiftjaffen, waaruit blijkt hoe verschillend ze er uit kunnen zien. De bovenste met geel op de flanken, de onderste zonder spoor van geel. Let op de zwarte / donkere poten, een van de tekenen des onderscheids met de fitis die lichtbruine poten heeft.
Klik op foto voor vergrotingTenslotte op de onderste foto een in deze tijd zeer luidruchtig en schijnbaar alom aanwezig vogeltje: de winterkoning. Ze komen in deze tijd meer naar buiten en boven. Een mannetje wil wel eens even geprononceerd op een hoog takje gaan zitten. Pas dan zie je hoe mooi dit ogenschijnlijk oninteressante bruine vogeltje getekend is.
Klik op foto voor vergroting